Over Raad voor plantenrassen
De Raad voor plantenrassen (Rvp) is een zelfstandig bestuursorgaan ingesteld bij de Zaaizaad- en plantgoedwet 2005. De belangrijkste taken en bevoegdheden van de Raad in relatie tot bosbouw op grond van deze wet zijn:
- Toelating van rassen en opstanden
- Verlening van nationaal kwekersrecht
De Rassenlijst Bomen valt onder de verantwoordelijkheid van de Raad voor plantenrassen. De Raad beschikt over een adviescommissie ‘Rassenlijst Bomen’ bestaande uit vertegenwoordigers van de bosbouwsector (o.a. eigenaren, beheerders, teelt, handel). De commissie speelt een belangrijke rol in de samenstelling van de Rassenlijst.
Toelating van rassen en opstanden
Voor EU-richtlijnsoorten die vallen onder de bosbouw richtlijn van 22 december 1999 (1999/105/EEG) beslist de Raad of de opstand wordt toegelaten als uitgangsmateriaal in de Rassenlijst Bomen. Voor deze soorten adviseert de adviescommissie de Raad over toelating. Naast deze richtlijnsoorten, zijn er ook niet-richtlijnsoorten in de Rassenlijst opgenomen. Dit zijn soorten waarvoor geen zogenaamd wettelijk regime geldt. Voor deze niet-richtlijnsoorten bepaalt de adviescommissie zelf over opname. Voor zowel de richtlijn- als niet-richtlijnsoorten, die samen de Rassenlijst Bomen vormen, doet het Centrum voor Genetische Bronnen Nederland (CGN) voor iedere toelating van uitgangsmateriaal onderzoek en adviseert op basis hiervan de Raad voor plantenrassen. De criteria voor dit onderzoek zijn gebaseerd op de criteria voor de verschillende kwaliteitscategorieën.